Dienstplicht
in Libanon
Brieven
Ondertussen kreeg ik lange brieven van m’n vriendin, met wie ik al twee jaar een relatie had. Brieven waarin ze onbezorgd vertelde over haar laatste jaar op de middelbare school. Het waren meestal lollige brieven waarin ze schreef over de schoolse beslommeringen van haar en haar vriendinnen.
Voor mij in Libanon werd dat steeds meer iets waar ik alleen maar over las. Het waren dingen die ik misschien in een vorig leven nog had meegemaakt. Zeker niet iets van het dagelijkse leven want daar was ik een gewapende, militaire ordehandhaver die met negen anderen een kleine post in een rotsachtig heuvelland bemande als onderdeel van een zogenaamd "vredesleger”. Die krankzinnig tegenstrijdige term moet trouwens wel zijn bedacht door een politicus.
Ik was helemaal geen brievenschrijver dus de brieven die ik, vanuit Libanon, terug naar m'n vriendin heb geschreven waren nietszeggende niemendalletjes. Hooguit een kantje tekst zonder hoofdletters punten of komma's, waar ik een hele poos op had gezwoegd. Ik probeerde wel om m'n brieven naar haar, net zo zorgeloos en gezellig te laten klinken. Zoals de meeste van haar brieven klonken dus. Ik had alleen veel minder te vertellen als zij.
Voordat zij m'n vriendin werd, had ik ook nog nooit een brief geschreven. Als je dan, vanuit Libanon ineens een brief moet schrijven waarin je niet over je militaire inzet en ook niet over je persoonlijke gedachtes schrijft, blijft er niet veel zinnigs over. Dat weet ik omdat zij alle brieven nog had. Ik heb mijn brieven dus terug kunnen lezen toen ik gegevens voor dit verhaal begon te verzamelen. (Zelfs na onze scheiding en daar ben ik haar dankbaar voor.) Zij was trouwens ook de enige naar wie ik brieven heb geschreven vanuit Libanon. Naar mijn ouders heb ik alleen één keer een kerstkaart gestuurd.
Dingen als de computer, het internet of het mobiele telefoon verkeer, zoals we dat nu zo vanzelfsprekend vinden, waren nog een verre utopie toen ik in 1981 naar Libanon ging. Computers waren in die tijd nog het domein van programmeurs. Het eerste muis gestuurde
Apple Lisa besturingssysteem kwam op 19 Januari 1983 op de markt.
Windows 1.0 volgde, na veel vertraging, op 20 november 1985.
Toen ik in Libanon was, waren dus de brieven en kaartjes die tussen Libanon en Nederland op en neer werden gestuurd, de enige verbinding met de wereld buiten Libanon.
Voor het moderne jongvolk even deze extra terzijde: Die "brieven" waar ik het hier over heb, waren geschreven blaadjes papier die ik in een envelop deed. Voor ons werden die gewoon via het leger naar Nederland gebracht. Vanuit Nederland werden de antwoorden dan ook weer op een blaadje papier geschreven en in een envelop gedaan, waarna ze in een gewone "brievenbus" werden gedaan. (Die kon je toen nog op iedere straat hoek vinden.) Dat antwoord werd dan door "veldpost Utrecht” naar Libanon vervoerd. De term digitaal zij me toen nog helemaal niets.
Die brieven van m'n vriendin waren in Libanon dus echt het enige contact dat ik met Nederland had en ik vond het erg leuk als er eén werd bezorgd. Zij schreef haar brieven op de manier waarop ze vast ook haar dagboek zou hebben geschreven. Het grootste verschil met zo'n dagboek was alleen dat er niet "lief dagboek" boven stond maar "lieve Henk". Ze gingen meestal over de schoolse beslommeringen van haar en haar vriendinnen. Over een wereld dus, die ik ver achter had gelaten toen ik in de ruwe heuvels van zuid Libanon, als deel van een zogenaamd vredesleger, m’n taak moest gaan verrichtten
In de bijna drie jaar dat ik m'n vriendin al kende, was ik dus al eerst van een mede scholier in een fabriekswerknemer veranderd en vervolgens in een dienstplichtige militair op een missie in het buitenland. Als ik, in m’n brieven naar haar nou eens wat persoonlijker was geweest over mijn leven, had zij misschien wel een beetje met me mee kunnen groeien of de relatie kunnen beëindigen natuurlijk. Mijn brieven naar haar waren echter altijd een toonbeeld van nietszeggendheid.
Als ik zo'n schreef, wist ik namelijk nooit wat ik moest schrijven. Waarom heb ik haar eigenlijk nooit over m’n echte gevoel voor Libanon geschreven? Of over het feit dat ik daar echt m'n plek gevonden had? Waarschijnlijk omdat ik me me daar, terwijl ik daar nog was, niet eens echt bewust van was.